Vrede
Vrede
Vele schrijvers, filosofen en geestelijken hebben zich uitgelaten over de vrede als het hoogste goed wat de mensheid moet nastreven. Dat wat de mens onderscheidt van het dier is zijn beschaving. En van beschaving kan alleen sprake zijn als mensen vrede nastreven. Oorlog en het streven ernaar worden gezien als barbarij, uitgevoerd door beesten, een mens onwaardig. Het streven naar vrede als doel is iets waar de meeste mensen het wel over eens zijn. De meningen verschillen echter als het erover gaat hoe die weg moet worden afgelegd Net zo goed verschillende meningen als het er om gaat hoe vrede gehandhaafd kan worden als die er eenmaal is.
Er kunnen in het begrip vrede verschillende onderscheiden gemaakt worden gemaakt. Zo wordt er in de polemologie het onderscheidt gemaakt tussen negatieve en positieve vrede. Dit onderscheid komt min of meer overeen met het minder objectieve onderscheid dat door de vredesbewegingen wordt gemaakt, namelijk, de militaristische en de pacifistische vrede.
Met negatieve vrede wordt bedoeld de afwezigheid van oorlog of een gewapend conflict. Deze ‘gewapende vrede’ wordt vooral gehandhaafd door het onderhouden van een militair apparaat en pas in tweede instantie door te komen tot een oplossing van het geschilpunt. Daarbij wordt door middel van machtsvertoon gedreigd een geschil gewapenderhand op te lossen. Of wordt gepoogd een geschil in de toekomst te vermijden. Omdat de nadruk komt te liggen bij het opbouwen, onderhouden en moderniseren van het militaire apparaat, en minder nadruk op het daadwerkelijk oplossen of voorkomen van conflicten, wordt deze vrede door de vredesbeweging de ‘militaristische vrede’ genoemd. ‘Si vis pacem, para bellum’ – als gij vrede wilt, zo bereidt u ten oorlog – was een spreuk van de Romeinen. De geschiedenis bewijst dat deze methode oorlogen niet voorkomt. Deze negatieve, militaristische vrede wordt gekenmerkt door een voortdurende wapenwedloop of een wapenwedloop die uitmond in een oorlog. Een hedendaags voorbeeld van negatieve vrede is het geschil over de provincie Kasjmir tussen India en Pakistan. Officieel zijn ze niet met elkaar in oorlog, maar ze bedreigen elkaar wel continue (onder andere met atoomwapens) en er zijn regelmatig gevechten (ook wel schermutselingen genoemd).
Met positieve vrede wordt bedoeld de aanwezigheid van een gezamenlijk aanvaarde harmonische orde en gerechtigheid. Geschilpunten worden opgelost binnen een gemeenschappelijke rechtsorde. Deze rechtsorde vormt tevens de basis voor het voorkomen van geschilpunten in de toekomst. Bij positieve vrede ligt de nadruk op het echt oplossen van een geschil en niet op het bevriezen van het geschil door middel van wapens of verdragen. Een voorbeeld van positieve conflictoplossing is het Indus waterverdrag (Indus Water Treaty) tussen India en Pakistan van 1960. Het water van de rivier de Indus werd zo gescheiden dat beide landen voor hun watervoorziening niet meer van elkaar afhankelijk zijn. Een voorbeeld van het bevriezen van een conflict is de scheiding van Cyprus in een Turks en Grieks deel, gescheiden door een VN-troepenmacht.
Voor de vredesbewegingen gaat dit niet ver genoeg. Zij streven meestal naar een pacifistische vrede waarbij de (toenemende) bewapening zelf ook bestreden moet worden omdat bewapening alleen maar kan bijdragen tot wederzijds wantrouwen tussen volkeren en staten.
In de praktijk valt er niet zo’n duidelijk onderscheid te maken tussen positieve en negatieve vrede. Er is sprake van een vloeiende grens tussen de twee. Vele vredesverdragen tussen volkeren en staten zijn het resultaat van jarenlange strijd of een jarenlange wapenwedloop. De op deze manier ontstane verdragen zijn vaak eenzijdig opgelegd door de overwinnaar in een conflict en er is er geen sprake van een gezamenlijk aanvaarde toestand. Ze herbergen dan ook de kiem voor een volgend conflict. Een goed voorbeeld hiervan is het ‘Verdrag van Versailles’ dat een einde maakte aan de Eerste Wereldoorlog en de kiem legde voor de Tweede.
Toch is vaak gepoogd om een nieuwe oorlog in de kiem te smoren door het opzetten van een gemeenschappelijke rechtsorde. Grieven tussen twee partijen kunnen dan door middel van internationale rechtsspraak opgelost worden en niet door strijd. Ook hier is de praktijk weerbarstig. De Volkerenbond, na de Eerste Wereldoorlog en de Verenigde Naties, na de Tweede Wereldoorlog, werden opgericht en ingericht door de overwinnaars. Aan de verliezers werd tijdens de oprichting geen aandacht besteed, ze ‘mochten’ zich later aansluiten. Supermachten (militair of economisch) kregen veel zeggenschap, kleine landen weinig. Door deze praktijk zijn zowel de Volkerenbond als de Verenigde Naties tandeloze tijgers gebleken bij het voorkomen nieuwe conflicten of het beëindigen van conflicten tussen staten en volkeren.
Vrede is echter niet alleen een toestand op het niveau van staten of volkeren maar ook op het individuele niveau. Aspecten die daarbij van belang zijn, zijn van culturele, psychologische, sociale, economische, religieuze en ethische aard. Als aan de behoefte van een of meerdere van deze aspecten niet kan worden voldaan, ervaren individuen dit als een aantasting van hun vrijheid. Dit leidt tot het gevoel dat ze niet in vrede leven. Het uit zich vaak in een passief gevoel onderdrukt te zijn en kan leiden tot actief verzet, in de vorm van verzetsgroepen, guerrillalegers, bevrijdingslegers, terroristische groepen en revolutionaire cellen. Als voorbeeld kan hier Nederland tijdens de Tweede Wereldoorlog dienen. De oorlog in Nederland duurde feitelijk vijf dagen waarna het Nederlandse leger capituleerde. Toch zullen weinigen zeggen dat na die vijf dagen de oorlog voorbij was of dat er sprake was van vrede in Nederland.